Aansprakelijkheid letselschade
Letselschadezorg op augustus 25, 2023
Letselschade is de schade die u lijdt als gevolg van een ongeval of een fout van iemand anders. Het kan gaan om lichamelijke of geestelijke schade, zoals verwondingen, pijn, littekens, verlies van inkomen, medische kosten, huishoudelijke hulp, smartengeld en affectieschade bij letselschade.
Als u letselschade heeft opgelopen, wilt u natuurlijk weten wie er aansprakelijk is voor uw schade en of u recht heeft op een schadevergoeding. We vertellen u daarom graag meer over de aansprakelijkheid bij letselschade en hoe u iemand aansprakelijk kunt stellen.
Ook geven we u tips over wat u moet doen als u aansprakelijk gesteld wordt voor letselschade. Want bij Letselschadezorg weten we maar al te goed hoe lastig en complex een letselschadezaak kan zijn, vooral wanneer je niet juridisch bent aangelegd.
De aansprakelijkheid voor letselschade hangt af van de vraag wie er schuld heeft aan het ontstaan van het letsel. In het algemeen geldt dat degene die onrechtmatig handelt of nalatig is, aansprakelijk is voor de schade die hij of zij daarmee veroorzaakt.
Onrechtmatig handelen betekent dat iemand in strijd handelt met de wet, oftewel een overtreding is begaan. Met nalatigheid wordt bedoeld dat iemand nalaat om iets te doen wat hij of zij wel had moeten doen. Bijvoorbeeld het verlenen van eerste hulp na een ongeval of het waarschuwen voor een gevaarlijke situatie.
De aansprakelijkheid voor letselschade kan ook voortvloeien uit een wettelijke regeling, zoals de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen (WAM), de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) of de Kwaliteitswet zorginstellingen (KWZ).
Deze wetten leggen bepaalde verplichtingen op aan de eigenaar of bestuurder van een motorvoertuig, de werkgever of de zorgverlener om te zorgen voor de veiligheid en gezondheid van anderen. Als zij deze verplichtingen niet nakomen, kunnen zij aansprakelijk zijn voor de schade die daaruit voortvloeit.
De aansprakelijkheid voor letselschade kan ook gebaseerd zijn op een risicoaansprakelijkheid. Dit betekent dat iemand aansprakelijk is voor de schade die wordt veroorzaakt door iets of iemand waar hij of zij verantwoordelijk voor is, ook al heeft hij of zij zelf geen schuld aan het ongeval. Bijvoorbeeld de eigenaar van een dier, de bezitter van een gebrekkige opstal of de ouder van een minderjarig kind.
De aansprakelijkheid bij letselschade is niet in elke situatie hetzelfde. Er zijn verschillende soorten ongevallen en situaties waarbij letselschade kan ontstaan. Hieronder bespreken we enkele veelvoorkomende gevallen en de regels die daarbij gelden.
Een verkeersongeval is een ongeval waarbij één of meer verkeersdeelnemers betrokken zijn. Dit kunnen motorvoertuigen zijn, zoals auto’s, motoren, vrachtwagens of bussen, maar ook fietsers, voetgangers, skaters of ruiters. De aansprakelijkheid bij een verkeersongeval hangt af van het soort verkeersdeelnemers dat betrokken is en de omstandigheden van het ongeval.
Als er een verkeersongeval plaatsvindt tussen twee motorvoertuigen, dan is de aansprakelijkheid meestal afhankelijk van de schuldvraag. Dit betekent dat degene die een verkeersfout heeft gemaakt, zoals het negeren van een rood licht of het niet verlenen van voorrang, aansprakelijk is voor de schade die hij of zij daarmee heeft veroorzaakt.
De schuldvraag kan worden bepaald aan de hand van getuigenverklaringen, politierapporten, foto’s of videobeelden van het ongeval. Als er geen duidelijke schuldige is, of als beide partijen een verkeersfout hebben gemaakt, dan kan er sprake zijn van een gedeelde aansprakelijkheid. In dat geval wordt de schade verdeeld over beide partijen, afhankelijk van de mate van verwijtbaarheid.
Zowel de bestuurder als eventuele passagiers van een motorvoertuig kunnen hun schade verhalen op de aansprakelijke partij of diens verzekeraar. Dit geldt ook voor de eigenaar of houder van het motorvoertuig, als hij of zij niet zelf de bestuurder was.
Als er een verkeersongeval plaatsvindt tussen een motorvoertuig en een zwakke verkeersdeelnemer, zoals een fietser of een voetganger, dan geldt er een bijzondere regeling. De zwakke verkeersdeelnemer wordt namelijk extra beschermd door de wet.
Dit betekent dat de bestuurder van het motorvoertuig in principe altijd aansprakelijk is voor de schade die de zwakke verkeersdeelnemer lijdt, tenzij hij of zij kan bewijzen dat het ongeval volledig te wijten is aan overmacht of aan opzet of bewuste roekeloosheid van de zwakke verkeersdeelnemer.
De bestuurder van het motorvoertuig moet minimaal 50% van de schade van de zwakke verkeersdeelnemer vergoeden, ongeacht wie er schuld heeft aan het ongeval. Dit wordt ook wel de 50%-regel genoemd.
Als de bestuurder van het motorvoertuig wel (gedeeltelijk) schuld heeft aan het ongeval, dan kan dit percentage hoger worden. Dit wordt bepaald aan de hand van de omstandigheden van het geval, zoals de ernst van het letsel, de leeftijd en de kwetsbaarheid van de zwakke verkeersdeelnemer, en de mate van verwijtbaarheid van beide partijen.
Als er een verkeersongeval plaatsvindt tussen twee zwakke verkeersdeelnemers, zoals twee fietsers, twee voetgangers of een fietser en een voetganger, dan is de aansprakelijkheid meestal afhankelijk van de schuldvraag.
Dat wil zeggen dat degene die een verkeersfout heeft gemaakt, zoals het niet houden van voldoende afstand, het niet uitkijken bij het oversteken of het niet opvolgen van de verkeersregels, aansprakelijk is voor de schade die hij of zij daarmee heeft veroorzaakt.
Indien er geen overduidelijke verantwoordelijke aan te wijzen valt, of in situaties waarin beide betrokken partijen een verkeersovertreding begaan hebben, kan er sprake zijn van gedeelde aansprakelijkheid. In dat geval zal er worden gekeken naar de mate van nalatigheid van beide partijen.
Als er een verkeersongeval plaatsvindt in het openbaar vervoer, zoals een bus, tram, metro of trein, dan is de aansprakelijkheid afhankelijk van de oorzaak van het ongeval. Dit kan een aanrijding zijn met een ander voertuig of een obstakel, vallen door plotseling remmen of optrekken, een valpartij door een gladde vloer of een defecte deur of stoel.
Indien het ongeval is veroorzaakt door een fout of nalatigheid van de bestuurder of de vervoerder van het openbaar vervoer, dan is de vervoersmaatschappij aansprakelijk voor de schade die de reizigers lijden. Dit geldt ook als het ongeval is veroorzaakt door een gebrek aan het voertuig of aan de infrastructuur.
Is het verkeersongeval veroorzaakt door een fout of nalatigheid van een andere verkeersdeelnemer, zoals een automobilist, fietser of voetganger, dan kan deze partij aansprakelijk gesteld worden voor de geleden schade.
In de meeste gevallen is de vervoersmaatschappij aansprakelijk voor letselschade van reizigers. Vervoerders hebben namelijk een zorgplicht ten opzichte van de reizigers. Op het moment dat u een kaartje koopt, gaat u automatisch een overeenkomst aan waarin de vervoerder verklaart u veilig naar uw bestemming te brengen.
Een bedrijfsongeval is een ongeval dat plaatsvindt tijdens of in verband met de uitoefening van het werk. Het kan gaan om een ongeval op de werkvloer, zoals een val van een ladder, een snijwond door een machine of een brandwond door een chemische stof.
Echter komt een verkeersongeval tijdens werktijd ook geregeld voor. De aansprakelijkheid bij een bedrijfsongeval hangt af van het soort ongeval en de omstandigheden waaronder het is gebeurd.
Als er een bedrijfsongeval plaatsvindt op de werkvloer, dan is de werkgever in principe altijd aansprakelijk voor de schade die de werknemer lijdt, tenzij hij of zij kan bewijzen dat het ongeval volledig te wijten is aan overmacht of opzet van de werknemer.
De werkgever heeft namelijk een zorgplicht om te zorgen voor een veilige en gezonde werkomgeving voor zijn of haar werknemers. Dit betekent dat hij of zij moet zorgen voor voldoende instructies, toezicht, beschermingsmiddelen en onderhoud van de machines en materialen.
Mocht de werkgever deze zorgplicht niet nakomen, of hij of zij niet kunnen aantonen dat hij of zij deze zorgplicht wel is nagekomen, dan is hij of zij aansprakelijk voor de schade die de werknemer lijdt als gevolg van het ongeval.
Als er een verkeersongeval plaatsvindt tijdens werktijd, dan is de aansprakelijkheid afhankelijk van het soort voertuig dat de werknemer gebruikt en van de schuldvraag. Er zijn drie mogelijkheden:
Indien een werknemer zich tijdens diensturen in een bedrijfsvoertuig bevindt, zoals een auto, motor of vrachtwagen van de werkgever, treden dezelfde regels in werking als bij een verkeersincident tussen twee motorvoertuigen. De kwestie van schuld zal bepalen wie aansprakelijk is voor de opgelopen schade.
In situaties waarin de werknemer zelf enigszins schuld draagt aan het incident, bestaat de optie om de schade te verhalen op de werkgever of diens AVB-verzekeraar, mits de werknemer niet op de hoogte was of kon weten dat het bedrijfsvoertuig niet verzekerd was, defect was of gestolen was.
In het geval dat een werknemer ervoor kiest om zijn of haar eigen voertuig te gebruiken, of dit nu een auto, motor of fiets is, gelden dezelfde regels als bij een verkeersincident tussen twee motorvoertuigen of tussen een motorvoertuig en een kwetsbare deelnemer aan het verkeer.
In gevallen waarin de werknemer enige mate van verantwoordelijkheid draagt voor het incident, bestaat tevens de optie om de schade te verhalen op de werkgever of diens AVB-verzekeraar. Dit is echter onder de voorwaarde dat aangetoond kan worden dat het gebruik van het persoonlijke voertuig noodzakelijk was voor de uitvoering van de werkzaamheden.
Wanneer een werknemer betrokken is bij een verkeersongeval terwijl hij of zij gebruikmaakt van het openbaar vervoer, zoals een bus, tram, metro of trein, zijn de regels vergelijkbaar met die bij een incident binnen het openbaar vervoer. De toedracht van het ongeval zal bepalen wie aansprakelijk wordt gesteld voor de opgelopen schade.
In situaties waarin er geen duidelijk aansprakelijke partij is, of wanneer de vergoeding niet volledig de geleden schade dekt, bestaat eveneens de mogelijkheid om de schade te verhalen op de werkgever of diens AVB-verzekeraar. Er moet dan aangetoond worden dat het gebruik van het openbaar vervoer noodzakelijk was voor het uitvoeren van de werkzaamheden.
In geval van letselschade door een dier, zoals een hondenbeet of een paardentrap, dan is de eigenaar of houder van het dier in principe altijd aansprakelijk voor de schade die het dier veroorzaakt. De eigenaar of houder van het dier heeft namelijk een risicoaansprakelijkheid voor de gedragingen van het dier.
Dit betekent dat hij of zij verantwoordelijk is voor de schade die het dier aanricht, ook al heeft hij of zij zelf geen schuld aan het ongeval. Het maakt niet uit of het dier ontsnapt is, los loopt, schrikt, speelt of bijt. De aansprakelijkheid vervalt enkel als er sprake is van overmacht, opzet of bewuste roekeloosheid.
Als er een ongeval plaatsvindt door gebrekkige opstallen, zoals een instortende muur, een loszittende dakpan of een gladde trap, dan is de bezitter van de opstal in principe altijd aansprakelijk voor de schade die de opstal veroorzaakt.
De bezitter van de opstal heeft namelijk een risicoaansprakelijkheid voor de gebreken van de opstal. Dit betekent dat hij of zij verantwoordelijk is voor de schade die de opstal aanricht, ook al heeft hij of zij zelf niet direct schuld aan het ongeval.
Een opstal is een onroerende zaak die duurzaam met de grond is verbonden, zoals een gebouw, een brug of een hek. Een opstal is gebrekkig als deze niet voldoet aan de eisen die men daaraan in de gegeven omstandigheden mag stellen, en daardoor een gevaar oplevert voor personen of zaken.
Wanneer de opstal in het bezit is van de gemeente, kunt u in de meeste gevallen de gemeente aansprakelijk stellen. Klik op de link om te ontdekken hoe wij u kunnen helpen bij het aansprakelijk stellen van de gemeente in geval van letselschade.
Naast de hierboven genoemde gevallen, zijn er nog vele andere situaties waarbij letselschade kan ontstaan. Bijvoorbeeld door een medische fout, een mishandeling, een sportongeval of een beroepsziekte.
In deze gevallen is de aansprakelijkheid meestal afhankelijk van de schuldvraag. Dit betekent dat degene die een fout heeft gemaakt, onrechtmatig heeft gehandeld of nalatig is geweest, aansprakelijk is voor de schade die hij of zij daarmee heeft veroorzaakt.
Als u letselschade heeft opgelopen door toedoen van iemand anders, dan kunt u deze persoon aansprakelijk stellen voor uw schade. Dit doet u door hem of haar een brief te sturen waarin u uw letselschade claim kenbaar maakt. In deze brief moet u het volgende vermelden:
U kunt uw brief per post of per e-mail versturen. Het is verstandig om een kopie te bewaren voor uw eigen administratie. Ook kunt u een aangetekende brief versturen, zodat u een bewijs heeft van de verzending en de ontvangst.
Als u een reactie krijgt van degene die u aansprakelijk stelt of diens verzekeraar, dan kunt u proberen om in overleg tot een schikking te komen. Samen kan er een afspraak gemaakt worden over de hoogte en de uitbetaling van de schadevergoeding.
Krijgt u geen reactie of worden jullie het niet eens over de schikking, dan kunt u een gerechtelijke procedure starten om uw schadevergoeding af te dwingen. Dit moet u doen binnen vijf jaar na het ongeval, anders verjaart uw recht op schadevergoeding. Er geldt namelijk een verjaringstermijn bij letselschade.
Als u aansprakelijk gesteld wordt voor letselschade door iemand anders, dan moet u de volgende stappen ondernemen:
Heeft u letselschade opgelopen door toedoen van iemand anders, dan heeft u in principe recht op een schadevergoeding. Deze schadevergoeding bestaat uit twee onderdelen:
Om uw recht op schadevergoeding te kunnen claimen, moet u kunnen bewijzen dat er een causaal verband bestaat tussen het ongeval en uw letsel. Met andere woorden, u moet kunnen aantonen dat uw letsel het gevolg is van het ongeval en niet van een andere oorzaak.
Bij Letselschadezorg.nl zijn we gespecialiseerd in het bieden van juridische hulp in letselschadezaken. Een letselschadezaak is vaak een complexe en langdurige procedure waarin u kennis van zaken nodig heeft om een sterke positie in te nemen.
Wij kunnen u helpen bij het aansprakelijk stellen van de tegenpartij, onderhandelen over de hoogte van de schadevergoeding en een eventuele gerechtelijke procedure. Maak een afspraak om uw situatie voor te leggen en wij gaan voor u aan de slag om uw letselschadezaak af te handelen en ervoor te zorgen dat u een schadevergoeding ontvangt waar u recht op heeft.
"*" indicates required fields